In dit gezin draaide alles om de oudste dochter. We schatten haar op een jaar of twaalf en het was vooral de moeder die zich met het meisje bezighield, hoewel het ook opviel met hoeveel engelengeduld de jongste meisjes met hun zus omgingen. We dachten dat een heleboel andere kinderen het er stukken minder vanaf zouden brengen in een dergelijke situatie.
Hoewel de zomer lang en breed over haar hoogtepunt heen was kwam hun oudste op een ochtend naar buiten in haar ondergoed. Ze wandelde naar het bankje en ging er zitten. De vader kwam achter haar aan met een jurk, maar ze wilde niets van hem weten. Na een tijdje lukte het de moeder wel om haar verder aan te kleden. Ze verontschuldigde zich voor haar meisje.
Ik zei dat ik veel bewondering voor haar had en vroeg wat er precies aan de hand met haar dochter was. Of wilde ze het er niet over hebben? Dat zou ik namelijk heel goed begrijpen.
‘Ach,’ zei de moeder. ‘Ons meisje is anders maar daarom niet minder speciaal. Daar houden we het altijd maar op. En wij denken dat we haar hebben mogen krijgen omdat wij het samen aankunnen om haar te hebben.’
Ik kreeg acuut tranen in mijn ogen van zoveel wijsheid en zoveel liefde.